10.22.2007

Spiegelreflex

Te lang geleden natuurlijk, dat ik het laatste bericht hier plaatste. Het gebeurt je gewoon, ondanks je voorgenomen discipline en strengheid voor je zelf. Is er zomaar weer een half jaar verleden. Waarom gebeurt dat? Druk? Druk? Druk? Nou, valt wel Mee, Mee, Mee.

Ik bedoel, genoeg te doen, daar niet van. Maar er is best wel eens een uurtje vrij te maken, dat je anders eigenlijk toch maar ‘zinloos verkwist’. Bijvoorbeeld zo’n late-night-talkshow op de buis, waarmee je wordt sufgeluld. Lijkt grappig, soms zelfs inhoudelijk interessant, maar het is net als met een zak chips: je eet door tot die leeg is, en na afloop heb je spijt. En een opgeblazen gevoel.

Om maar niet te spreken van de uren die ik verlies met voetbal kijken. Nee, niet de hele zaterdagen die ik tijdens het seizoen langs de lijn doorbreng bij de wedstrijden van het superteam van mijn getalenteerde zoons. Ik bedoel: dat is nog te verdedigen als zo’n vader-zoon-ding, waardoor ze later niet kunnen zeggen, je was er nooit bij! Sterker nog: ik schop soms zelf nog een balletje mee, op zondagochtend of -middag. Kost je weer een paar uur… Daarbij moet ik bekennen dat ik dochterlief naar verhouding tekort doe, want ik sta niet langs de bak als zij haar paardrijkunsten beoefent. Krijg ik later vast wel een keer te horen, als het zo uitkomt. Gelijk heeft ze

Maar wat ik echt bedoel, is de tijd die verloren gaat met voetbal op TV. Waar je vroeger verlangend uitkeek naar die ene uitzending per jaar van Ajax of Feijenoord in de Europacup
- zo heette dat toen nog -, zo kijk ik nu juist uit naar die ene maand per jaar dat er géén voetbal op de buis is! “Je hoeft toch niet te kijken?” roept mijn zinnige partner dan, en terecht. "Er zit toch een knop op de TV.!? Tuurlijk." Maar op een of andere manier weet ik rond voetbaltijd, alleen hoe je die aan doet. Als hij al niet aan staat, vanwege de eveneens TV voetbal kijkende zoons. En dan heb je dat vader-zoon ding, als excuus.

Maar - lang verhaal in het kort -: ik zou moeten stoppen met voetbal op tv, want het gaat nergens meer over. Het kost tijd en ergernis, om niet te spreken van het geleuter eromheen. Elke teennagel blessure van iedere nauwelijks aan de pampers ontgroeide miljonair wordt uitvoerig geanalyseerd. Kappen! Niet nog meer woorden aan vuil maken.

(Al is het wel zo, dat het me nu aanzet tot deze blogpost… Tja, gek wordt een mens van dat soort overwegingen.)

En de kern zit nog dieper, bij mij. Als 50 plusser – daar is ie dan – ben ik ten prooi gevallen aan het besef dat de klok toch echt aftelt. Dat er steeds minder toekomst overblijft, voor de uitvoering van bestaande plannen en dromen, waar er bijna wekelijks ook wel een nieuw plan bijkomt.

Dat gevoel dus: steeds minder tijd, steeds meer te doen. Daarbij het knagende besef dat niet alleen de speeltijd terugloopt, maar ook je energielevel afvlakt . Sluipenderwijs tap je noodgedwongen uit een ander, steeds minder daadkrachtig vaatje. De olie wordt steeds duurder betaald… (Al heeft dat er weinig mee te maken...)

Wat - tot slot - helemaal verlammend werkt is de confrontatie met je zelf in de spiegel. De kop die je aankijkt, is elke dag ouder. De jonge vent, om maar te zwijgen van de jonge God die ik ooit was, is duidelijk ingetreden tot de laatste fase van zijn product-life-cycle. Hoewel de Uiterste HoudbaarHeids Datum een rekbaar begrip is, en nog jaren, decennia kan duren, komt ie toch steeds dichterbij . Dat één van mijn – overigens gewaardeerde - klanten een uitvaartverzorger is, maakt het er niet makkelijker op die gedachte ook wel eens een dagje niet te hebben...

En nog zoveel te doen, te willen. En toch maar TV kijken, uit mijn neus eten. Of doe het zelven, ook zo iets: klussen doen waarvoor ik niet ben opgeleid, en alleen daarom al er drie keer zo lang duren, dan nodig zou zijn. Klussen waarvan je je bovendien in alle redelijkheid moet afvragen: heb je dan echt niets beters te doen?! Lijmresten schrappen van een betonnen muurtje in de badkamer, om de spontaan loslatende tegels – net op tijd breukvrij verwijderd - er opnieuw tegen aan te plakken. Kost je zaterdag 3 uur voorbereiding. En zondag nog eens 4 uur werk! En dan maandag nog 1,5 uur voegen.

Zet het nut daarvan maar eens uit tegen de betekenis van van het heelal en de eeuwigheid?

Of minder zweverig: waarom doe ik in die 8 acht uur, een dag, niet iets zinnigs voor de samenleving? Voor de wereldvrede. Voor het milieu. Of voor een ander. Misschien kan ik iemand helpen die een tegelwandje wil hebben!? Ik moet niet gekker worden....

Terug naar die steeds oudere kop in de spiegel. En op - niet te vergeten, - foto’s. Zoals de foto die mijn bijna schoonzus maakte van mij en mijn twee broertjes – ik ben de oudste. Fraaie opname met een professionele digitale spiegelreflex, maar ik schrok me rot. Sterker nog. Mijn meekijkende partner toen zij , over mijn schouder, de foto keihard op het 22 inch beeldscherm zag openen, riep ontsteld uit: “Ben jij dat oude mannetje?!” Ze schrok er zelf van.
Point of no return. En ik hield met moeite een gemene return binnensmonds.

Want ze heeft gelijk: dat oude mannetje ben ik . Een gewaarwording die verlammend werkt. Ook elke keer dat ik mezelf in een spiegel voorbij zie lopen. Oude vent! Ik noem het een spiegel reflex. En dan voel ik meteen nog een spiegel reflex opkomen: gewoon alle spiegels in huis met harde hand deleten. Scherven brengen toch geluk? Waar is mijn hamer?

Hoewel. Dat kost ook weer tijd… Gek word ik van mij.

Schrale troost: het zal mijn tijd wel duren…