6.29.2008

Vleespet

De enorme zeggingskracht van taal openbaart zich soms in één enkel woord. Zodra je het hoort, brandt het een beeld op je netvlies dat nooit meer loslaat. En meer dan het beeld alleen, roept het woord ook heftige fysieke gevoelens op. Aangenaam of onaangenaam, afhankelijk van het thema.

Het overkwam me onlangs toen ik mijn zoon van het station haalde. Op weg naar huis passeerden we een fietser van onmiskenbaar middelbare leeftijd. Deze wilde echter via zijn kapsel laten weten dat hij zich stukken jonger voelde. Zijn half lange haar golfde in jeugdige manen tot over zijn kunstmatig brede schouders. Helaas voor deze 'Would be Adonis', was zijn middelbare haar niet lang genoeg om ook de bovenkant van zijn schedel te bedekken. Anders gezegd, de scherp getrokkenhaargrens liep op slaaphoogte. Daarboven verrees een volstrekt gladde en glimmende schedel, als was het de besneeuwde Mount Everest nog even oplichtend in de ondergaande zon.

‘Kijk, die man is boven zijn haar uitgegroeid!’ Borrelde een oude grap uit mijn lang vervlogen studententijd boven.

Studenten van deze tijd hanteren een andere humor, althans als ik afga ophet commentaar van mijn zoon:

‘Dat is een vleespet!’

Vleespet. Ik kende het woord niet. Maar het beeld kwam in één keer door. Die man heeft een vleespet op zijn hoofd. Een pet van vlees. Die heeft hij vanmorgen opgezet, toen hij opstond. Voor de spiegel, even rechtzetten, zorgen dat de randen goed aansluiten, geen lapjes onderhuids weefsel over je slaap laten hangen.

Een vleespet?! Waar koop je zo’n ding? Waar laat je het als je hem ’s avonds weer afzet? Aan de kapstok? In de diepvries? En hoe zorg je ervoor dat je hond er niet mee vandoor gaat!?

Vleespet! Het woord echode nog uren door mijn gehoorgang. Ik controleerde, voor de spiegel, zelfs of het woord ook al van toepassing is voor mijn gestaag uitdunnende hoofdbegroeiing.

Mwah... Goed met een beetje kwade wil is er een verdacht plekje aanwijsbaar. Een beginnend vleespetje, vleespetje in de kiem. Maar je moet goed kijken, en er zijn interessantere tv programma's.

Maar goed. Als woord heeft de Vleespet, zich stevig genesteld in mijn woordenschat. Het zal me regelmatig te binnen schieten. Van invloed zijn op mijn waarneming van de buitenwereld. Ook tijdens het eten.
Want een lapje kipfilet of een varkens medaillonnetje op mijn bord bezie ik voortaan toch anders.

Aan de andere kant: een gerecht als ‘Kip in de Hoed’ smaakt er niet minder om.

Hoe dan ook. De beeldkracht van taal is onbeperkt: petje af!

------------------