9.11.2011

Tegeltjes wijsheid


Er is een kunstwerk ontstaan, gewoon bij ons thuis. Het heet: “Nobody is perfect. Maar in een goed huwelijk….”
nobody is perfect...
Het kunstwerk maakt sinds 9/11 deel uit van onze tegelvloer die al bijna 20 jaar onverstoorbaar ligt. Een vloer van superhard gebakken Italiaanse plavuizen. Topkwaliteit, absoluut. In tegenstelling tot de tegelboer waar we ze op de kop tikten, in Rotterdam Zuid. Op het oog een normale zaak, maar met vage praktijken; achteraf zeg ik: halve-oplichters. Ruim twee maanden voor de tegels nodig waren, hadden we ze uitgezocht. We hadden de schappelijke offerte getekend voor levering, inclusief diagonaal leggen. So far, so good. Maar twee dagen voor de leg-datum belt de tegelboer: ‘Een fout in de offerte, de tegels waren twee keer zo duur. Voor de afgesproken prijs ging hij ze zeker niet leveren. Of ik maar akkoord wilde geven, anders ging het feest niet door. Na wat tegengas wilde hij ons wel matsen – het verschil delen, ja ja. We konden voor ons gevoel weinig anders, dus doe maar.

Op de leg-datum kwam een geblindeerd en deukenrijk busje voorrijden. In plaats van twee, meldde zich één tegelaar, met zichtbare tegenzin. Zijn maatje was ziek zwak en katterig, dus hij had de pest in. Dat werd niet beter toen hij onze riante woonkamer bezag, met al die speelse hoeken, schuin lopende muren en - de grootste uitdaging - de vrijstaande pilaar waar de tegelvloer rondom moest sluiten. Bij die aanblik zakte het laatste beetje fut in zijn gympen. “Jezus, dat hebben ze niet verteld, dat ga ik niet redden in een dag.” Hij belde de zaak, maar kreeg geen gehoor. Begon mokkend in een hoek en legde de eerste tegel recht aan de muren. Ik drukte zijn stemming nog verder met de mededeling dat de tegels diagonaal moesten liggen. Ik liet hem de offerte zien. "Jezus!” Je zag de man imploderen, een kernfusie bij kamertemperatuur? Hij zat er niet ver vandaan. Maar ik had het zwart op wit, en na een kan koffie en een pak stroopwafels ging hij aan de slag.

Eerlijk is eerlijk, hij wist van wanten. Werkte snel, kwam de eerste dag een heel eind. “Morgen zijn we wel met z’n tweeën, dan moet het af.” En op dag twee stond het geblindeerde busje al vroeg op de stoep, samen met z’n maatje hield onze tegelaar de vaart er in. Maar niet voordat hij me had gemeld dat aan het eind van de dag contant afgerekend moest worden. Of ik daar wel rekening mee hield? Nee dus. 2000 gulden, of zo iets, had ik niet cash in huis. En hoezo contant? Dat soort bedragen gaan toch per giro? Niet in de tegelbranche dus, begin jaren 90. Weer stonden we voor het blok: en weer zegden we toe, en de tegelaars pakten door.
Aan het eind van de dag kwamen ze echter een paar tegels tekort, bij de voordeur, de entree, niet echt handig. Weer een fout in de offerte, verkeerd opgemeten? Een belletje met de zaak maakte duidelijk dat de extra tegels niet op voorraad waren. Zou zeker vijf weken duren. Maar of ik maar wel nu alvast wilde afrekenen?!
Nee dus. Ik was er klaar mee. En hoewel ik geen held ben tegenover zichtbaar gestreste klusjesmannen uit Rotterdam, gewapend met hamers en tegelsnijders, maakte ik mijn punt.
“Dan duurt het ook vijf weken voor ik betaal. Eerst afmaken. Zeg dat maar tegen je baas.” En zowaar, ze dropen af. Tot over vijf weken dan maar! ’s Avonds nog een telefoontje van de scheldende baas. Ik verbrak halverwege zijn tirade ons innige, maar eenzijdige contact.

De volgende ochtend om half zeven ging de bel. Op de stoep het geblindeerde busje, en de oudste tegelaar met een pak tegels voor de deur! "Ze hadden toch nog wat gevonden, achter in het magazijn". Vage smoes. Hoe dan ook: na een uur had ie de klus geklaard, en 20 jaar later ligt de vloer er prima in. 

En nu dus voorzien van een kunstwerk. Dat zit zo. Bij een kleine verbouwing is onlangs een stuk binnenmuur ingekort, waardoor een strookje kale betonvloer tevoorschijn kwam. Nu hadden we al die jaren een halve resttegel bewaard, en dat bleek net groot genoeg om een passend stukje uit te snijden. Omdat het een harde tegel is, wilde ik dat laten doen door een ervaren vakman. Ook al ben ik zelf ook niet onhandig, ‘Ieder z’n vak’,  Probleem is alleen dat vakmannen altijd vol zitten en voor een enkel passtukje niet warmlopen. “Belt u over vier weken nog eens.”
maar in een goed huwelijk...
En zo kan het gebeuren dat je overmoedig wordt en het toch zelf gaat doen. Gesteund door praktische tips op nternet ging ik aan de slag met een glassnijder en een supergehard tegelboortje. Met als werkstrategie: zoals je op de kleuterschool (nu Groep 1) figuurtjes voorprikt langs een patroon en uitsnijdt uit het karton. Na stevig prutten met de glassnijder en wat voorboorwerk – al kwam ik er niet door – durfde ik het aan om het eerste randje af te tikken. Het resultaat was dat het hele stuk ongecontroleerd doormidden brak, en plan A lag in duigen. Tijd voor plan B: een mozaïekje, van kleine stukjes resttegel om het gat op te vullen.

Tot grote droefenis van mijn eega. Zij vindt het als lelijk, zeg maar mislukt – ik ook, maar dat gaf ik niet toe - en waarom had ik dan toch maar niet gewacht op de vakman. Het is zoals het is, en het gaat zoals het gaat! En zo keuvelden we nog even door. Dat op de televisie intussen het WTC in New York voor de zoveelste keer instort, in het kader van het 10 jarig jubileum, zette ons tegeltjestrauma weliswaar in een heel ander perspectief, maar toch… het schuurt.

Ik stelde voor om het mozaïekje te beschouwen als een kunstwerkje. Als symbool voor relaties, zoals de onze, die best wel een stootje kunnen hebben. Ook al schiet er hier en daar een barstje in, een scheurtje, een krasje… Echte liefde werkt dan als voegmiddel dat de scherven bij elkaar houdt. Een mozaïekje in een bijna perfecte vloer. 
“Nobody is perfect. Maar in een goed huwelijk….”  

Een soort tegeltjeswijsheid. Of het ooit in het stedelijk museum te zien, … denk van niet

Voor de kenners: de foto's betreffen een voorstudie. Er moet nog gevoegd worden.


(Voor een grotere afbeelding even op de foto klikken.)






Geen opmerkingen: