Van buitenaf zal het een merkwaardig tafereel zijn. Passanten die toevallig even binnen gluren…Of onze streng christelijke overburen die vanaf hun bovenetage toevallig een glimp opvangen van wat zich in onze woonkamer afspeelt. Men zou zomaar denken getuige te zijn van een gevalletje‘incest in uitvoering’.
Want daar sta ik, als vader, ontbloot tot op mijn naakte ego, op mijn C&A slip na, uiteraard met Oranjeband. Middenin de woonkamer, voorovergebogen, zelfs lenig genoeg om met mijn handen mijn tenen te raken. Achter me staat mijn luchtig zomers geklede dochter, jonge vrouw in bloei, die haar zo gestripte vader keurend observeert. Tja…
Andere scène uit dit intieme familiefeestje. Vader rechtop, lichte spreidstand, terwijl dochter hem kennelijk instrueert diverse houdingen aan te nemen. ‘Rondjes draaien met je hoofd… Kin op je borst... Armen gestrekt vooruit, polsen/handen draaien… Heupen links, heupen rechts... Bovenlichaam links buigen, en nu naar rechts… Ik verlang ineens naar dat oude pianodeuntje van de ochtendgymnastiek. (Wie kent het nog?).
Nog een scène: Vader op de bank, bovenlichaam rechtop, benen gestrekt. Dochter betast vaders borstpartij met twee handen tegelijk, licht druk zettend. ‘Doet het pijn?’ – Nee, maar ik krijg wel jeuk. ‘Je sleutelbeen zit wel heel hoog.’ – Sorry, kan ik niets aan doen.
Vanaf mijn hoge sleutelbeen betast ze zoekend mijn ribben; die zitten er allemaal, gelukkig. Ook al had ik er tot nu toe ook geen een gemist; een deskundige bevestiging is altijd prettig.
Deze ribbenkast-tast is een oefening om de positie van mijn hart te bepalen. De bedoeling is dat dochter mijn levenspomp kan bevoelen. ‘Hier zit de punt, dan moet hier…, Nou, ik voel het niet zo goed.’ – Geeft niet, zolang het maar 'klopt'. (Maar dit is geen moment voor grapjes…)
Dan volgt het luisteronderzoek, met de stethoscoop professioneel om de hals, dopjes in haar oren. Het binnenlichaam maakt veel bijzondere geluiden. Ze drukt het stalen rondje met het luistermembraan op mijn blote huid, ‘Is het koud?’ – Nee, maar ik heb nog steeds jeuk.
Voor de eventuele binnengluurders zal het intussen glashelder zijn dat hier sprake is van leerzaam privaat-medisch onderzoek. Dat gebeurt in het kader van dochters studie geneeskunde, als arts in spe heeft ze regelmatig praktische tentamens en testen, en in de aanloop dienen Pa en Ma als proefkonijn.
Kijken, voelen, luisteren en ondertussen hardop zeggen wat ze doet en wat ze ervan vindt. ‘Typisch mannelijk beharingspatroon’ - Ja, dat mag ik hopen.
‘Geen belemmering in de gewrichten.’ – Ik ben inderdaad nog behoorlijk lenig :)
’Hoofd staat mooi recht op de romp’ – Dat voelt soms wel anders, na een slechte nacht.
‘Je bent niet zo goed palpabel’ - Ja zeg, nobody is perfect!? Mooi woord trouwens, ‘palpabel’. Betekent ‘voelbaar, tastbaar’. Dat je met je handen kunt voelen waar een orgaan zit, of niet natuurlijk. Waar afwijkingen zitten. Palpabel onderzoek is kijken met je handen’. Helaas blijkt mijn borstkas(t), want daar gaat het over, niet zo palpabel, waarschijnlijk te ruim voorzien van vet op de ribben, al voel ik me allesbehalve een portie spare-ribs.
Na een half uur kijk- en luisteronderzoek sluit mijn dokter, pardon, dochter, af met een bloeddrukmeting. Stethoscoop in het oor, knelband om mijn linkerarm, luistermembraan op vaders aders, en pompen maar, zij met het blaasbalgje, en ik met mijn hart.
Intussen zie ik langs haar heen op tv een fragment van een politiek debat, toevallig over de oplopende kosten van de zorg. Maar daar maakt zij zich nog niet druk over. Dat doet mijn bloedcirculatie ook niet, want mijn bloeddruk is als van een jonge hond zo gezond: 115/75.
En nu maar hopen dat zij haar tentamen ook goed scoort. Als het aan mij ligt, een 10.
Maar ja, ik ben niet objectief.
Noot: de foto's zijn te vergroten met een muisklik.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten